Gistdeeg voor ongeveer 12 stuks:
375 g tarwemeel
1 pakje instant gist
50 g zachte boter of margarine
50 g suiker
6 druppels boter-vanille-aroma
1 ei
150 g yoghurt
Vulling:
200 g gemalen amandelen met
vlies
100 g gekonfijte gember
200 g appels
50 g gehakte amandelen
150 g bruine suiker
6 g geraspte sinaasappelschillen
1 ei
100 g slagroom
Verder:
3 el jam van lichte vruchten (bv. abrikoos)
Voor bakliefhebbers met enige ervaring
1. Doe de amandelen voor de vulling in een pan, rooster ze zonder vet te gebruiken goudgeel en laat ze daarna op een bord afkoelen.
2. Snijd de gember in kleine stukjes. Schil de appels en rasp ze in grove slierten. Doe de amandelen, de stukjes gember, de geraspte appels, de suiker, de sinaasappelschillen, het ei en de slagroom in een mengkom en roer alles door elkaar.
3. Neem een mengkom en mix het meel zorgvuldig met de gist. Voeg de overige ingrediënten toe en verwerk alles met een mixer met deeghaken tot een glad deeg.
4. Dek het deeg af en laat dit net zo lang op een warme plek rijzen, totdat het zichtbaar
groter is geworden.
5. Leg het deeg op een met meel bestoven werkblad, maak er een rol van en rol deze
vervolgens uit tot een rechthoek (50 x 30 cm). Smeer de amandel-gembervulling gelijkmatig op het rechthoekige deeg en laat aan de lange zijdes ongeveer 1 cm vrij aan de rand. Rol het deeg op vanaf de lange kant en snijd het in 12 plakken van ongeveer 4 cm breed. Leg de plakken met het snijvlak naar boven in de bakvormpjes en laat ze ca. 15 minuten rusten.
6. Schuif het bakblik in de voorverwarmde oven (boven- en onderwarmte: 180 °C, hetelucht: 160 °C). Na ca. 35 minuten zijn de taartjes gaar.
7. Haal de jam door een zeef. Laat de taartjes nog 10 minuten in de bakvorm staan, haal ze er vervolgens uit en zet ze op een taartrooster. Besmeer ze met de jam en laat ze afkoelen.